Subsidie en een renteloze lening voor plannen woonerven bij Nijstad-Oost: 'Toekomstige bewoners beslissen zelf over invulling woonerven'

Bij Nijstad-Oost worden verschillende woonerven zoals hier afgebeeld gerealiseerd. Foto: Atelier Dutch
In de raadzaal in het gemeentehuis is donderdagmorgen een bijeenkomst van de initiatiefgroep Wonen-plus. Deze initiatiefgroep zet zich in voor verschillende, nog te realiseren, woongemeenschappen in de gemeente Hoogeveen. Kees Boer, projectleider Nijstad-Oost van de gemeente Hoogeveen, begint de bijeenkomst met voorbeelden en een korte uitleg over de plannen zoals die er nu liggen voor het verdelen van de erven en waar elk erf aan moet voldoen. Zo mogen de afscheidingen van de verschillende percelen op het gezamenlijke erf niet hoger zijn dan 1.20 meter en mag maar 60 procent van de grond worden bebouwd. Het is de bedoeling dat de erven allemaal zo groen mogelijk blijven en het regenwater op een natuurlijke manier wordt afgevoerd.
De initiatiefgroep Wonen-Plus die zich vooral inzet om levensloopbestendige woningen te bouwen voor ouderen ziet wel een probleem in de eisen die gesteld worden aan de paden. „Veel oudere mensen gebruiken een rollator of een scootmobiel en als de wegen van grind zijn kunnen zij zich niet vrij bewegen over het erf”, stelt Thijs Leistra. Volgens Boer kan de groep die samen op een erf gaat wonen, in overleg, ervoor zorgen dat voor iedereen het erf toegankelijk is.
Hoogteverschil en formaat
Het hoogteverschil in het gebied is aanzienlijk, zo liggen de erven die dichter bij Nijstad liggen lager dan de erven aan de kant van de sluis. Om te voorkomen dat deze laaggelegen huizen last krijgen van het water dat van bovenaf naar beneden stroomt wordt de grond onder de toekomstige huizen opgehoogd.
De erven verschillen allen in formaat en het aantal te bouwen huizen. De erven worden allen eerlijk verdeeld onder het aantal huishoudens dat daar gaat wonen. Ook de gezamenlijke grond rondom de kavels wordt eerlijk verdeeld. Als een perceel twaalf woningen telt dan zal de gezamenlijke grond ook worden verdeeld over twaalf en is iedereen zelf verantwoordelijk voor zijn eigen stuk grond. De prijzen per vierkante meter zijn ook bekend gemaakt tijdens de bijeenkomst: 208 euro exclusief btw. Dit is alleen de prijs van de grond, de huizen die nog moeten worden gebouwd komen nog bij dit bedrag op.
Waterstof
De erven moeten allen worden aangesloten op het waterstofnetwerk. Dit gaat de bewoners die uiteindelijk bij Nijstad-Oost komen wonen niet meer kosten dan gewone huishoudens die aangesloten zijn op gas. „Het maandbedrag dat de huishoudens daar gaan betalen is niet hoger. Dit komt omdat de huizen meedoen aan een waterstofproject van 10 jaar. Ze worden vijf jaar aangesloten op waterstof en als er iets stuk gaat is de gemeente verantwoordelijk”, vertelt Boer. Als er na deze vijf jaar blijkt dat het niet haalbaar is kunnen de huizen worden aangesloten op het gasnetwerk. Ook hier is de gemeente verantwoordelijk voor.
Provincie ondersteunt gemeente
Naast Kees Boer was ook Anne van der Wiel van de Provincie Drenthe aanwezig om meer te vertellen over de stand van zaken en om de groepen die nog gevormd moeten worden te begeleiden. „Vaak hebben mensen die aan zo’n project beginnen niet veel ervaring en daar proberen we vanuit de provincie de gemeente bij te helpen. Er gaat veel emotie, eigen geld en tijd in het uitvoeren van deze plannen zitten ook omdat dit een project is waar de bewoners van de erven zelf inspraak hebben en niet afhankelijk zijn van een projectleider.”
Vanuit een Collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO) kunnen de groepen subsidie krijgen om een procesbegeleider in te huren. Ook zorgt het CPO ervoor dat de toekomstige bewoners zelf inspraak hebben over de invulling van het erf en de bebouwing ervan. „De procesbegeleider helpt mensen aan elkaar te koppelen en meer mensen te werven voor de projecten. Tevens stelt de provincie een renteloze lening beschikbaar voor de erven om een architect in te huren of om bodemonderzoeken uit te laten voeren. Op deze manier hoeft niet al het geld van de particulieren worden gebruikt en kan deze lening in de te komen jaren afgelost worden.”
De initiatiefgroep, provincie en de gemeente hopen dat over anderhalf jaar het project de eerste vormen aanneemt.