Heidespurrie is een vroege voorjaarsbloeier op de heide | Column Groen & Doen

Bloeiende heidespurrie.

Bloeiende heidespurrie. Foto: Albert Kerssies

De heide ziet er in dit koude en natte voorjaar overwegend dor uit. Toch bloeit de kraaiheide. In zandverstuivingen is het voorjaar aanwezig met de bloei van heidespurrie, een echte vroege voorjaarsbloeier.

Zandverstuivingen, waardevolle leefgebieden in de grotere Drentse droge heidevlakten. Voor alle planten geldt dat ze bloeien in een voor hun gunstig jaargetijde. Dan moet er voldoende vocht en voedsel beschikbaar zijn met een goede bodemtemperatuur. Natuurlijk ligt het optimum voor veel planten op een ander moment in het jaar, afhankelijk van de specifiek voor iedere plant meest geschikte groeiplaats. Zandverstuivingen zijn droge voedselarme gronden, waarop de temperatuurverschillen tussen dag en nacht hoog kunnen zijn. De zon heeft er zelfs in het vroege voorjaar al behoorlijk invloed. Dat leidt tot een omkering van het voor ons zo ‘normale’ groeiseizoen. Het zal duidelijk zijn dat de zomer met zijn warmte en droogte een slecht seizoen is voor planten om hier te groeien. De in zandverstuivingen karakteristieke planten overzomeren als zaad, kiemen in de winter en bloeien in de late winter of het vroege voorjaar. Mossen en korstmossen verspreiden dan eveneens hun sporen en een enkele plant, waaronder de heidespurrie, bloeit vroeg. In april komen de zaden tot ontwikkeling en in de zomer vind je de plant hooguit nog verdroogd en verdord in het veld terug.

Korter pionierstadium

Heidespurrie bloeit vanaf februari tot begin april met kleine witte bloemen. Het is een éénjarige plant en behoort tot de anjerfamilie. De kleine planten zijn circa 15 centimeter hoog en hebben kleine in kransen staande bladeren. Meestal staat heidespurrie samen met korstmossen, veldzuring en buntgras. Voor kenners gaat het hier om de het buntgrasverbond. In het kader van Natura 2000 valt deze plantengemeenschap onder het habitattype ‘droge heide op jonge zandafzettingen’. Optimaal ontwikkelt dit type zich in een open zandige omgeving. Door depositie van stikstof verrijken deze groeiplaatsen sneller dan vroeger, waardoor het pionierstadium korter duurt. Je ziet op veel plaatsen in de Drentse droge heidevelden deze zandige plaatsen versneld dichtgroeien. Een belangrijke bijkomende verstoring komt door de groei van de exoot ‘grijs kronkelsteeltje’, een mossoort die dikke plakkaten vormt en de successie stopt. De groeiplaatsen van heidespurrie worden steeds zeldzamer. Maar het behoud van dit droge en voedselarme systeem met zijn kenmerkende bijbehorende soorten blijft belangrijk voor de variatie in de Drentse droge heidevelden. Er blijft daarom werk aan de winkel.