‘Kijk Hoogeveen, nu en in de toekomst’; bijna vijftig Hoogeveense bedrijven geven duizenden bezoekers een inkijkje in hun handel en werkwijze

Luid toeterend kwam een truck van Fieten de loods binnen rollen, nadat eigenaar Richard Fieten en wethouder Jan Zwiers op een knop gedrukt hadden. Foto: Andre Weima Fotografie
De editie van 2022 was de negentiende. „Achttien daarvan fysiek en vorige jaar digitaal”, memoreerde voorzitter Harjo Wolting van de OBD. De digitale versie verliep vorig jaar weliswaar goed, er waren veel online kijkers, maar nu was het toch weer voor ‘t ‘echie’. Daar hadden veel ondernemers wel oren naar, zo veel zelfs dat er voor het eerst een wachtlijst was.
Het thema dit jaar ‘Kijk Hoogeveen , nu en in de toekomst’ paste prima bij de locatie waar het bedrijvenevenement zaterdagochtend officieel van start ging: Fieten Olie in Hollandscheveld. In een van de nieuwe loodsen van het bedrijf aan de rand van Riegmeer.
Daar waar in de toekomst het jongste bedrijventerrein vorm krijgt. Pal achter de locatie waar de opa van eigenaar Richard Fieten in 1935 zijn handel in kolen begon. „Hij bracht de kolen met een bootje rond door de wijken. Later hebben mijn vader en oom de zaak overgenomen en nu ik. Zo zijn we nu 87 jaar onderweg.”
In het bedrijf van Fieten werken 74 mensen. Over een paar weken gaat het 55ste pompstation open, vertelde de ondernemer. Verder zijn er zes locaties in aanbouw. Fieten deinst niet terug voor de dynamische markt waarin hij opereert. „Ja het is een roerige markt, midden in transitie. Fossiele brandstoffen zullen nog heel wat jaren blijven bestaan. We kijken nu ook naar laadpleinen en de eerste vergunningaanvragen voor waterstof op vier locaties zijn gedaan”, blikt de Hollandscheveldse ondernemer vooruit.
Wethouder Jan Zwiers (economische zaken) sprak tijdens de opening over de crises waarmee het bedrijfsleven te maken heeft. „De energiecrisis en het personeelstekort.” Om deze te lijf te gaan is volgens hem samenwerking belangrijk. „In werving en vooral in opleiding. Ik weet dat het laatste vaak als kostenpost wordt gezien. Toch is het onmisbaar. Ik hoop dat dit ons in Hoogeveen samen gaat lukken.”