Ronny Fidom pookt het vuur hoog op met zijn metalfestival Graveland in Hollandscheveld. 'Leven en laten leven'

Foto: Marleen Annema

Foto: Marleen Annema Foto: Marleen Annema

In Hollandscheveld vindt 26 en 27 mei de zesde editie plaats van Graveland, hét festival in Noord-Nederland voor doom metal, death metal en black metal. Ronny Fidom uit Hoogeveen is de man die alles mogelijk maakt. Met hulp van vrijwilligers. ,,Je moet het met elkaar doen.’’

Vrijwel ieder jaar strijken honderden, soms wel duizenden mannen en ook vrouwen neer in Hollandscheveld om zich onder te dompelen in een modderig bad vol dikke gitaarriffs, massieve basdrumroffels en grommend gezongen teksten over hel, verderf en verdoemenis.

Wie er op gepaste afstand naar luistert en kijkt, kan zich er over verwonderen. Of zich laten verleiden tot afgrijzen. Grote gevolgen hebben de bijeenkomsten in Zuid-Drenthe niet, ook al spreekt de organisatie van festival Graveland – daar hebben we het hier over – van het ‘rijk van de symfonieën van ziekte’.

Grote man achter het festival is Ronny Fidom. Normaal werkt hij in de buitenreclame, maar voor duistere metalmuziek zet hij alles opzij.

Een indrukwekkende platencollectie

Zijn huis in Hoogeveen ziet eruit als een doodgewone twee-onder-een-kapwoning, nee, ís een doodgewone twee-onder-een-kapwoning. Eenmaal de voordeur voorbij en het halletje door springt in zijn matig verlichte huiskamer het begin van een indrukwekkende platencollectie in het oog.

Wat opvalt tussen de grote hoeveelheid ‘zware metalen’ zijn albumhoezen met beeltenissen van radiovriendelijke mainstreamsterren. Elton John, Madonna en Sister Sledge. Doorsnee popmuziek uit de jaren tachtig. Fidom is bezig aan een inhaalslag, vertelt hij over de aankopen die recentelijk zijn gedaan tijdens een platenbeurs.

Van luisteren is nog niet veel gekomen. Dat is vanwege een kleine verbouwing, maar vooral vanwege de aanloop naar hét festival voor doom metal, death metal en black metal in Noord-Nederland. Zijn festival.

Twee dagen duurt de ‘ realm of the symphonies of sickness ’ dit jaar. Decor is wederom Hollandscheveld. De plaatselijke bevolking kijkt er nauwelijks nog van op. Sinds de Boerenopstand van 1963 – een halve eeuw geleden – is het dorp een en ander gewend.

Rotting Christ doet een bel rinkelen

Op de flyer die Fidom ter promotie van Graveland heeft laten maken, prijken in een nauwelijks leesbaar lettertype twintig bandnamen waaronder die van Dismember, Paradise Lost, Asphyx, Vanhelgd, The ruins of the beverast, Modder, Sinister en Burial Remains.

Obscuur? Wellicht doet Rotting Christ een bel rinkelen.

Nog geen jaar geleden leidde de komst van dit Griekse muziekgezelschap in Hoogeveen tot onrust in de plaatselijke gemeenteraad. De SGP, ChristenUnie en het CDA drongen er bij concertzaal Het Podium op aan affiches met de bandnaam wegens aanstootgevend te verwijderen. Wat ook gebeurde.

Fidom haalt er zijn schouders over op. Altijd als er iets is wat op godslastering lijkt, springen de christelijke partijen in de bres, weet hij. God Dethroned, met een raadslid voor de SP in Hoogeveen op bas, overkwam het eerder.

,,Wat moet ik ermee?”, reageert de festivalorganisator. ,,Op zondag bij de kerk gaan staan en roepen dat ik het niet met hen eens ben? Mijn preek doen? We zijn hier niet in Amerika. Ieder zijn ding. Leven en laten leven.”

Vlaggen van Iron Maiden aan het plafond

Hoe iemand in de metalmuziek verzeild kan raken? Bij Ronny Fidom liep het via de oudere jongens in zijn buurt. Ze maakten indruk met lang haar, stretch broeken, vlaggen van Iron Maiden aan het plafond van hun slaapkamers en zwarte T-shirts met bandlogo’s.

Fidom’s eerste T-shirt was er een van de boerenrockband Normaal, veroorzakers van stevige muziek ter meerdere eer en glorie van het agrarische leven boven Normaal Amsterdams Peil. Het bleek erger te kunnen, ruiger vooral. In de kledingwinkel van Gerans aan de Hoofdstraat in Hoogeveen verkochten ze shirts met doodskoppen. En van Slayer. Die moest hij hebben.

,,Ik wilde er alternatief uitzien. Al mijn vrienden zagen er alternatief uit,” vertelt Fidom terwijl hij stress-verminderende thee met cake serveert. ,,Het was geen bewuste keuze. Het ging gewoon zo. Je bent jong. Je gaat op zoek naar je eigen identiteit. Je probeert je te onderscheiden door je af te zetten. Uiteindelijk wil je jezelf zijn en geaccepteerd worden zoals je bent.”

Dat lukte toen hij in zijn woonplaats de Box begon te bezoeken, voorloper van Het Podium. ,,Mijn eerste concert was van Morgoth en twee andere bands”, blikt hij terug. ,,Het was afgeladen vol met metalliefhebbers. Ze kwamen niet alleen uit Hoogeveen, maar overal vandaan. Er was een scene waar ik mij thuis voelde.”

Als zanger nooit verder dan het oefenhok

Na nog een paar concerten, de bandnamen laten we achterwege, ga er vanuit dat ze afgrijselijk zijn, begon Fidom met vrienden zelf een deathmetalband: Absorbed. Een blauwe maandag probeerde hij te zingen. ,,Tot diep in de nacht in de oefenruimte. Geweldig was het. Als zanger ben ik nooit verder gekomen dan het oefenhok.”

Hij bleek geen muzikant, maar wilde wel actief zijn. Een bijdrage leveren. ,,Toen ben ik gaan helpen bij de programmering van Het Podium en jeugdsociëteit Tinck. Bandjes boeken, tourtjes regelen. Platenlabels runnen. Pakketjes versturen en al die ongein.”

En ondertussen met vrienden de hort op. Eerst naar de jongerensociëteiten in de omgeving, zoals Blanco in Emmen en Sparrow in Klazienaveen. Vervolgens naar poppodia verderop. Toen dieper het land in, naar Baroeg in Rotterdam. Aansluitend de landsgrenzen over, naar zaaltjes en festivals in Duitsland, Denemarken en België.

Handopsteken. Praatje maken. Biertje drinken

,,We gaan inmiddels allemaal richting de 50 jaar. Een van ons heeft de 50 al aangetikt”, vertelt Fidom. ,,Nog steeds stappen we met elkaar in de auto om in een of ander vaag hol ergens in Duitsland een band te gaan zien. Elkaar op de hoogte houden. ‘Hé, diejen band komt op tour. Hup d’r heen.’ En dan kom je mensen tegen die je bij een vorig concert ook bent tegengekomen. Handopsteken. Praatje maken. Biertje drinken.”

Metal is een manier van leven, zegt hij. En loyaliteit is het sleutelwoord.

De vergelijking met het volgen van een voetbalclub ligt voor de hand. De metalscene is hecht. ,,De mensen die ik begin jaren 90 leerde kennen zijn op een of andere manier nog steeds actief met de muziek bezig – concerten bezoeken, zelf muziek maken, platen uitbrengen. Dingen organiseren. Dingen zelf doen.”

Gemoedelijkheid staat voorop, vertelt hij. ,,Sinds dat concert met Morgoth heb ik nagenoeg nooit trammelant meegemaakt. Er kan wel eens een opstootje zijn. Iemand stoot iemand aan, er valt een tray bier. Meestal is de reactie: ‘Kut. Ik haal even nieuw.’ Als iemand komt te vallen in de pit haal je ‘m in de benen. Voort maar weer. Dat is de sfeer.”

Een grote scheur in de broek

In 2015 viel het besluit een festival te organiseren Graveland. In Hollandscheveld werd een terrein gevonden met ruimte voor 4000 bezoekers. ,,Een plek waar je u tegen zegt”, grijnst Fidom. ,,We hadden een gave line-up met Nederlandse bands en buitenlandse bands. Het was verschrikkelijk warm. Niet te doen. Er kwam 400 man. We bleven achter met een grote scheur in de broek. Van de vier organisatoren haakten er twee af.”

Een jaar later organiseerde hij met een vriend een tweede editie, dit keer in een tennishal in Hoogeveen, de Maxx. ,,Een stukje kleiner, maar opnieuw gaaf. En opnieuw een scheur in de broek.” Weer die grijns. Het jaar daarop, in 2017, besloot hij als organisator in zijn eentje verder te gaan, wederom in Hoogeveen.

Inmiddels is Graveland, na een afgeblazen aflevering in 2018 en onderbrekingen door coronapech in 2020 en 2021, toe aan de zesde editie. Terug in Hollandscheveld. ,,Een kwestie van een bord voor de kop en stug doorgaan”, verklaart hij. ,,Omdat ik geloof dat er meer in zit voor deze muziek. Kijk maar naar andere landen.”

Je moet overal zelf achteraan

Fidom doelt op Scandinavië, waar metalmuziek een status heeft vergelijkbaar met ‘gewone’ popmuziek. Met name in Zweden, waar na de internationale doorbraak van Abba in de jaren 70 een succesvolle muziekindustrie van de grond is gekomen, gaat het er serieus aan toe. Dankzij substantiële support van de overheid, weet hij.

,,Hier in Nederland moet je overal zelf achteraan. Daar hoeft niks mis mee te zijn. Je moet het met elkaar doen. Sommigen komen een heel eind. Kijk naar Gorefest, Within Temptation en Asphyx. Maar het gaat moeizaam. Bands belanden te snel in een situatie dat ze moeten kiezen: baan opzeggen en constant toeren, of een stap terug. De meeste bands doen een stap terug. Gevolg is dat muzikanten niet kunnen doorstromen.”

In Nederland wordt metal te weinig serieus genomen, ervaart Fidom. Ter illustratie begint hij over het zwabberende cultuurbeleid in zijn gemeente. Begin jaren 90 had Hoogeveen een metalscene met de potentie om een bovenregionale rol van betekenis te spelen. ,,Het donderde niet welke band in Het Podium kwam optreden; er was publiek. Kwam er een grote metalband, dan kwam het publiek overal vandaan. En toen moest de programmering ineens breder. Dát heeft de boel kapotgetrokken.”

Een paar jaar lang had Hoogeveen grote culturele ambities, tot het weer anders moest, minder vooral. ,,Een tijdje moest alles kunnen, ook als er geen publiek voor was. Maar je moet een basis hebben. Die moet je niet verwaarlozen, maar zien te houden. Kijk naar Iduna in Drachten, Het Bolwerk in Sneek, Neushoorn in Leeuwarden, Vera en Simplon in Groningen. Daar zal ook wel eens wat misgaan, maar er bestaat een circuit. En wat heeft Drenthe?”

Black Sabbath, Venom en Carcass

Hij geeft het toe, Graveland is niet het meest progressieve metalfestival in Nederland. Het is vooral een ode aan de hoogtijdagen van de muziekgenres die Fidom destijds enthousiast hebben gemaakt en nog altijd enthousiast houden.

Hij trekt een boek uit de kast waarin de ontwikkeling van zijn muziek wordt beschreven, van Black Sabbath als grondlegger van de doom metal, via Venom als grondlegger van de black metal en Carcass als grondlegger van de death metal tot op de wirwar van het versplinterde heden. ,,Inmiddels ben ik afgehaakt. Ik kan niet meer overzien wat precies wat is en welke band dat in gang heeft gezet”, bekent hij. ,,Ik ben wijs genoeg om te weten dat het allemaal niet echt uitmaakt.”

Veel bands die op Graveland spelen, zijn eind jaren 80 begonnen en doen dat nog, of na enige onderbrekingen opnieuw. Sommige bands brengen in Hollandscheveld materiaal van hun ‘legendarische’ eerste plaat. Andere bands spelen opnieuw in hun ‘legendarische’ eerste bezetting. Weer anderen zijn net begonnen en geïnspireerd geraakt door bands uit de jaren tachtig. En dan heb je nog bands met een nieuwe kijk op een oud geluid.

Fidom denkt dat hij van alles wat heeft. ,,We gaan het zien.”

Een buffertje opbouwen

Twintig bands voor een weekendkaart van 80 euro, tien bands voor 50 euro – tickets voor Graveland zijn naar verhouding goedkoop. ,,Het is niet mijn intentie hier rijk van te worden”, zegt hij. ,,Ik wil uit de kosten komen en een buffertje opbouwen voor een volgende editie.”

Het is ook hem opgevallen dat in festivalland wordt geklaagd over prijsstijgingen. ,,Ik zie festivals met prijzen die ik niet wil betalen. En ik wil ook geen 14 euro betalen voor een vegetarische snack. Kom maar mooi naar mij toe”, zegt hij. ,,Ik doe deze prijzen omdat ik vind dat ze bij deze line-up passen. En omdat ik vind dat dit festival voor iedereen toegankelijk moet zijn.”

Op basis van de voorverkoop verwacht hij bezoekers uit heel Noordwest-Europa. Plus een paar uit Mexico. ,,Een van die Mexicanen komt voor de derde keer. Ik zou zelf niet een-twee-drie voor een metalfestival naar Mexico gaan, maar ik begrijp het wel. Dit is hoe het werkt.” Met drieduizend man is hij dik tevreden. ,,Dan doen we ons ding goed.”

In het kort

Ronny Fidom is in 1977 geboren in Hoogeveen waar hij samenwoont met zijn vriendin. Na een blauwe maandag als zanger van de band Absorbed deed hij, opgeleid als metaalarbeider, als concertprogrammeur ervaring op bij concertzaal Het Podium en jongerensociëteit Tinck in Hoogeveen om vervolgens actief te worden als organisator van metalconcerten en tournees van metalbands en drijvende kracht achter platenlabels als Resuscitate Records, Deadlock Records en Wolfsbane Records. Sinds 2015 geeft Fidom zowel zakelijk als artistiek leiding aan festival Graveland waarvan de zesde editie wordt gehouden in Hollandscheveld. Naast zijn activiteiten in de muziek werkt Fidom voor het buitenreclamebedrijf Centercom in Groningen.